Gebroeders Heller bouwen machines voor de automobielindustrie. Deze zet de machines vooral in voor het bewerken van motorblokken en -componenten. Tijdens de WerkTage 2013 toonde het bedrijf samen met klanten een aantal toepassingen, zoals het bewerken van de V8 blokken voor onder andere Ferrari en Mercedes-Benz dochter AMG.

Vernieuwingsstrategie

Op de EMO van 2009 heeft Heller een vernieuwingsstrategie gelanceerd met onder andere de F serie, de vijfassige machines. In 2011 was de CP4000 een van de highlights op de EMO, een draaifreescentrum. En op de laatste AMB in Stuttgart werd het aanbod uitgebreid met de C8000, met een palletgrootte van 800 bij 800 mm. Leverbaar in een CP-uitvoering met palletwisselaar (serieproductie) en een CT-uitvoering (enkelstuks en kleine series). Met deze laatste lijn richt de fabrikant zich op onder andere toeleveranciers in zowel de automobielsector, de luchtvaartindustrie en de algemene machinebouw. Met de C-reeks biedt men een gamma vijfassige draaifreescentra aan dat de komende tijd nog naar boven wordt uitgebreid, zegt Jan Huyghe van Huyghe Machining Agency, de Belgische verdeler.

Platformconcept

Ook de H-reeks is onder handen genomen. Huyghe: ‘Door de machines te redesignen en naar een platformconcept te gaan, weet men de montagetijd te verkorten en de kosten voor de klant te reduceren.' Daardoor wordt Heller een merk dat financieel bereikbaar is voor de toeleveranciers van wie vandaag de dag meer flexibiliteit, hogere kwaliteit en productiviteit wordt verlangd. Het platformconcept doet, aldus Huyghe, niks af aan de technische kenmerken. ‘Men heeft geen concessies gedaan, enkel de montage geoptimaliseerd.' Heller kan bovendien alle machines in een uitvoering voor verhoogde precisie leveren. Uit de jaarcijfers over 2012 blijkt dat deze strategieverandering vruchten begint af te werpen. Hoewel nog steeds tweederde van de omzet in de auto-industrie wordt geboekt, zegt de fabrikant meer en meer nieuwe markten aan te boren. 

Compleet bewerken

Tijdens de huisshow in de fabriek in Nürtingen stond een groot aantal machines onder spaan. Het accent lag op de draaifrees bewerkingen, compleet bewerken in een opspanning. Onder de machines het grote draaifeescentrum CP8000 met palletwisselaar, dat vorig jaar op de AMB voor het eerst is getoond. Een nieuwe machine die nog niet getoond werd, maar wel al in gebruik is bij een klant, is de H14000. Marcus Kirchner, verantwoordelijk voor de productie bij de Duitse producent van machineaandrijvingen Knödler, gaf tijdens de WerkTage al een eerste inzicht in de ervaringen met deze machine. Knödler kiest er juist voor om draaien te vervangen door frezen. Met de H14000 worden passingsvlakken op de behuizing gefreesd. Voorheen gebeurde dit in een aparte bewerking op een draaimachine, nu freest men de vlakken met een speciaal gereedschap van Wolhaupter in twee stappen. Eerst voorfrezen, dan finishen waarbij men een oppervlaktenauwkeurigheid haalt van Rz 6 en een rondheidnauwkeurigheid van 6 µm. Deze strategiewijziging levert veel op qua doorlooptijdreductie. Marcus Kirchner: ‘Vroeger wilden we zo min mogelijk machinetijd en gingen we tot op de grens. Dat levert echter niks op als je werkstuk daarna een week moet wachten op de volgende bewerking. Nu frezen we met gemiddelde snelheden maar werken we het stuk wel in één keer af.' Dat brengt de doorlooptijd met tientallen procenten terug waardoor Knödler minder tussenvoorraden en minder stockageruimte nodig heeft.