De inspiratietrip was georganiseerd door werkgeversorganisatie
Voka en onderzoekscentrum
Flanders Made. ‘Het doel was om Belgische ondernemers in contact te brengen met Industrie 4.0 realisaties in Duitsland', vertelt Dirk Torfs, CEO van Flanders Make en delegatieleider van de rondgang.
Onder de dertig deelnemers waren onder andere maakbedrijven zoals
Picanol, product van weefgetouwen,
Jaga, producent van verwarmings-, koeling- en ventilatiesystemen en
ZF Wind Power, producent van tandwielkasten voor windmolens.
Op het programma stonden DHL, Siemens, Festo, SEW Eurodrive, GFT Technologies, Industrie 4.0 Maturity Center en ABB.
Assesment Center transitie naar Industrie 4.0
Industrie 4.0 Maturity Center uit Aken is een onderzoeks- en adviesbureau dat aan de hand van 600 vragen analyseert in hoeverre een bedrijf klaar is om de transitie naar Industrie 4.0 te maken. Torfs: ‘Daarbij wordt gekeken naar vier thema's: de technologie binnen een bedrijf; IT infrastructuur; organisatiestructuur en de bedrijfscultuur.'
Bij
DHL stond uiteraard logistiek centraal. ‘De logistiek is vaak de grootste barrière binnen een bedrijf', verklaart Torfs. ‘Door de logistiek van aanlevering, interne logistiek en aflevering op elkaar af te stemmen, kun je je bedrijfsvoering optimaliseren. Ook dit is heel essentieel voor Industrie 4.0.'
Afkijken van mieren
Bij
Festo, producent van automatiseringstechniek, kregen de deelnemers onder andere uitleg over de productieverdeling in kleine en grote series. ‘Producten die in grote series gemaakt worden, behoeven een ander productieproces dan de producten die in kleine series worden gemaakt', zegt Torfs. ‘Bij grote series is logistiek bijvoorbeeld belangrijk, terwijl bij kleine series flexibiliteit en wendbaarheid essentieel is.'
Festo heeft bij de vormgeving van de ‘kleine serie' productie gekeken naar de natuur. ‘Men heeft gekeken naar de bewegingen van mieren in de natuur die steeds op zoek zijn om de knelpunten te vermijden. Door dit in het productieproces te doen, kan men tot een optimalisatie komen om producten te maken op maat van de klant en kan men snel inspelen op hun behoeften', zegt Torfs.
Deze zoektocht naar knelpunten is mogelijk doordat machines en mensen optimaal met elkaar communiceren en het systeem toelaat om adaptief te sturen in het proces. Torfs merkt op dat Festo voor meer bedrijfsapplicaties naar de natuur heeft gekeken.
Toekomst Belgische maakindustrie
Volgens Torfs gaat de Belgische maakindustrie een mooie toekomst tegemoet als het op een zelfde wijze innoveert richting Industrie 4.0. ‘Klanten willen meer producten op maat en ze willen de producten zo snel mogelijk. Door de lange transittijd is aanlevering vanuit het Verre Oosten daarmee niet meer mogelijk. Hierbij speelt ook de aandacht voor het milieu mee.'
Ook het prijsverschil kan met innovaties richting Industrie 4.0 overbrugd worden, is zijn stellige overtuiging. ‘Hierdoor kunnen producten beter gemaakt worden, effectiever en dus goedkoper. Hierdoor worden de prijsverschillen met producenten uit het verre oosten kleiner. Zo wordt onze regio interessanter voor productie op maat.'