Het conjunctuurklimaat verbeterde in de verwerkende nijverheid en, zeer uitgesproken, in de handel. Daartegenover verzwakte het ondernemersvertrouwen in de dienstverlening aan bedrijven en, in geringe mate, in de bouw.

Ondernemersvertrouwen

Na de teruggang in december ging de synthetische indicator in de verwerkende nijverheid er in januari opnieuw op vooruit (+1,5 punten), in het bijzonder dankzij een gunstigere beoordeling van de orderbestanden en een heropleving van de vraagvooruitzichten. In de handel zette het ondernemersvertrouwen zijn opmars voort (+ 6 punten). De duidelijk betere stemming werd gedragen door alle componenten maar de vraagvooruitzichten tekenden voor de sterkste vooruitgang. In de dienstverlening aan bedrijven was de achteruitgang van het ondernemersklimaat (-2,5 punten) te wijten aan minder positieve verwachtingen ten aanzien van de algemene marktvraag en de bedrijfsactiviteit. In de bouwnijverheid verzwakte het conjunctuurverloop voor de tweede opeenvolgende maand (-0,8 punten) als gevolg van een ongunstige evolutie van het verloop en het niveau van het orderbestand.

Bezettingsgraad

In de verwerkende nijverheid kreeg de verdere versnelling van de activiteit gestalte in een derde toename op rij van de benutting van het productievermogen. Gecorrigeerd voor seizoeninvloeden, bedroeg de bezettingsgraad in januari 79 procent tegenover 77,1 procent in oktober. De algemene synthetische afgevlakte curve, die de fundamentele conjunctuurtrend weergeeft, blijft opwaarts gericht.

Sinds 1954 houdt de Nationale Bank bij een panel van ongeveer 6.000 bedrijfsleiders een maandelijkse enquête naar hun appreciatie van de economische toestand. De resultaten worden rond de 21ste van elke maand gepubliceerd en bevatten naast globale indicatoren tevens resultaten per bedrijfstak. De industriële ondernemingen worden daarnaast ook één keer per kwartaal bevraagd omtrent de benuttingsgraad van het productievermogen, en één keer om de zes maanden omtrent de investeringen. De resultaten van de enquête naar de benuttingsgraad van het productievermogen worden opgenomen in het maandelijkse perscommuniqué.