Dat heeft Wilson De Pril, directeur-generaal van Agoria, bekend gemaakt bij de presentatie van het actieplan Made Different. Het strategisch onderzoekscentrum moet 1 januari komend jaar starten. Vlaanderen kopieert hiermee de succesvolle aanpak van Duitsland, waar de industriële innovatie de laatste dertien jaar een enorme boost geeft gekregen. 'We hebben geen evolutie nodig maar een revolutie', aldus de Agoria-topman. Hij voegde er tijdens de bijeenkomst in Brussel wel aan toe dat er ook nood is aan nieuwe industrieel ondernemen. Hij benadrukte nog eens dat de vervolgacties van Made Different met name ook bedoeld zijn voor de kmo's en familiale bedrijven. Het tweede luik van het actieprogramma is vijftig bedrijven transformeren naar factories of the future. Hiervoor is een scan ontwikkeld waarmee in kaart kan worden gebracht wat hiervoor bij een individueel bedrijf nodig is.

 

Vertaling naar de werkvloer

Vlaams minister-president Kris Peeters, aanwezig bij de bijeenkomst, reageerde enthousiast. 'Ik ben blij dat de industrie de handschoen heeft opgepakt. Ons nieuw industrieel beleid moet uitgroeien tot nieuw industrieel ondernemen, want de ondernemers moeten het omzetten in realiteit.' Kris Peeters merkte verder op dat het nieuw industriële beleid in een cruciale fase is aanbeland. Het zal nu geïmplementeerd moeten worden. 'Het moet uit de vergaderzalen komen, want op de werkvloer zal het moeten gebeuren.' Volgens hem heeft de top van Volvo Zweden, waar Peeters onlangs op bezoek is geweest, ook aangegeven dat Vlaanderen nood heeft aan een strategisch onderzoekscentrum maakindustrie. Het Agentschap Ondernemen en het IWT onderzoeken momenteel hoe ze hun beleid kunnen afstemmen op de blauwdruk van Sirris en Agoria verwoord in het actieplan Made Different.

 

In de volgende Vraag en Aanbod meer over hoe de Vlaamse maakindustrie ondersteund gaat worden in de transformatie naar factories of the future.