Limburgse ondernemers tonen veerkracht, maar blijven voorzichtig

Het ondernemersvertrouwen in Limburg klimt in april opnieuw uit een diep dal. De forse terugval van begin dit jaar wordt grotendeels goedgemaakt, al blijft het algemene sentiment nog steeds licht negatief. Toch is er na drie jaar van negatieve cijfers opnieuw hoop op beterschap. Dat blijkt uit de jongste Polsslag Ondernemend Limburg (POL), een gezamenlijke kwartaalbevraging van VKW Limburg en UNIZO Limburg.

De POL-index herstelt van -12,8 in januari tot -1,4 in april. Daarmee krijgt het sentiment een stevige duw in de rug, al blijft het cijfer vooralsnog in de min. De cijfers voor het eerste kwartaal van 2025 ogen een stuk minder somber dan gevreesd, en het tweede kwartaal zou zelfs licht positief kunnen worden, met een prognose van 2,1. Dat is het eerste positieve vooruitzicht sinds begin 2022.

Kwartaal met dubbele bodem

Hoewel het eerste kwartaal als geheel nog negatief werd geëvalueerd (-4,9), spreken Limburgse ondernemers van het beste resultaat in anderhalf jaar. Vier van de vijf POL-indicatoren – omzet, tewerkstelling, investeringen en winstmarges – tonen verbetering, al blijven winstmarges stevig negatief (-22,4). De export vormt een uitzondering en daalde van 0,1 naar -6,5.

De sectorresultaten geven een gemengd beeld. De bouw kende een van de slechtste kwartalen in tien jaar. Vooruitzichten wijzen op enig herstel, maar het vertrouwen blijft broos. In de dienstensector evalueerden voor het eerst meer bedrijven het kwartaal positief dan negatief. Diezelfde dienstenbedrijven blijven ook voor het komende kwartaal optimistisch, en zijn als enige sector duidelijk van plan om extra personeel aan te werven.

De detailhandel keek verrassend positief terug op de afgelopen maanden, al blijven de verwachtingen voor Q2 laag. De groothandel en productiebedrijven verwachten wél beterschap, ondanks een zwakke evaluatie van Q1.

Voorzichtige hoop, maar structurele zorgen

De verbeterde vooruitzichten voor het tweede kwartaal zijn vooral te danken aan optimisme over omzet (+13,5), export (+2,8) en tewerkstelling (+8,1). Toch blijft de winstmarge het zorgenkind, net als de exportprestaties van het afgelopen kwartaal. Investeringen stijgen licht, maar zonder overtuiging.

Middelgrote bedrijven (vanaf 50 werknemers) zijn het meest positief over de nabije toekomst. Ze willen bovendien het sterkst investeren. De grootste ondernemingen nemen opnieuw een voortrekkersrol op. Kleinere bedrijven daarentegen – zeker die met minder dan tien medewerkers – blijven achter, met een aanhoudend somber beeld voor zowel het voorbije als het komende kwartaal.

‘Veerkracht, maar hervormingen nodig’

Volgens Ruben Lemmens, gedelegeerd bestuurder van VKW Limburg, blijft de veerkracht van Limburgse ondernemers indrukwekkend: ‘Ondanks de vele onzekerheden en de grote volatiliteit van de voorbije maanden – zeker voor internationaal actieve bedrijven – blijven Limburgse ondernemers niet bij de pakken zitten. Na de stevige terugval rond de jaarwisseling, zien we opnieuw hun kenmerkende veerkracht.’ Wel wijst hij op structurele knelpunten: hoge loonkosten, ingewikkelde regelgeving en een krappe arbeidsmarkt. Hij ziet perspectief in de hervormingsplannen van de federale regering, en pleit voor snelle actie.

VKW Limburg en UNIZO Limburg trekken samen aan de alarmbel over de internationale concurrentiepositie. De recente Amerikaanse importheffingen zouden de Belgische economie extra onder druk zetten: ‘De automatische loonindexering die zorgt dat verhoogde inflatie met onmiddellijke ingang wordt omgezet in hogere loonkosten voor onze bedrijven – daar waar dit elders met vertraging gebeurt – zadelt onze Belgische bedrijven op met een extra handicap aan de start van de verhevigende internationale concurrentiestrijd.’ Beide organisaties vragen om het debat over een hervorming van het systeem niet langer uit de weg te gaan.