3 jul. 2024
2 minuten
Bij de start van de zomer groeit het ondernemersvertrouwen in Limburg, maar blijft het wel negatief. Dat blijkt uit de Polsslag Ondernemend Limburg (POL), de bevraging waarmee Unizo Limburg en VKW Limburg ieder kwartaal polsen naar het aanvoelen bij de Limburgse ondernemers over de economische gang van zaken.
Na twee dalingen op rij zet de POL in juli 2024 weer een voorzichtige stap vooruit, van -7,1 naar -4,5. Ondanks de stijging is dit al het negende opeenvolgende kwartaal op rij dat de POL negatief rood kleurt. De negatief gestemde ondernemers behouden dus vooralsnog een lichte meerderheid. Met een evaluatiescore van -6,4 scoorde het tweede kwartaal van 2024 heel wat beter dan de zware -11,2 van het eerste kwartaal. Ook de vooruitzichten voor het komende kwartaal gaan verder vooruit, naar -2,6.
De stijging in het voorbije kwartaal is toe te schrijven aan de gunstige evoluties van vier van de vijf POL-indicatoren. De omzet, investeringen en de winstmarge stijgen, maar blijven negatief, de export is de sterkste stijger en springt als eerste in het voorbije kwartaal over de nullijn (van -9,7 naar +1,7).
Tewerkstellingsprognose
De tewerkstelling evolueerde als enige indicator negatief in het afgelopen kwartaal, maar maakt in het komende kwartaal de grootste sprong voorwaarts: naar +10,2. Concreet betekent dit dat er 23,7 procent Limburgse ondernemers verwachten in het komende kwartaal qua tewerkstelling te zullen groeien, daar waar 13,5 procent verwacht het met minder personeel te gaan moeten/willen doen.
Ook de prognoses qua export (verder door naar +4,5) en winstmarge gaan verder vooruit. Verontrustend is evenwel dat de vooruitzichten inzake investeringen voor het komende kwartaal niét verder heropleven, maar na de stijging in het voorbije kwartaal terug zakken naar -6,4. De investeringsprognose is daarmee de enige daler in het komende kwartaal.
Per sector
Een analyse van de POL-cijfers per sector leert dat de dienstensector als enige voor beide kwartalen positieve cijfers kan voorleggen. De productiesector maakt in vergelijking met de voorbije twee kwartalen een serieuze inhaalbeweging, maar blijft globaal licht negatief (-0,6). ‘Zeker nog geen algemene hoerastemming in de productie, maar wel een duidelijke verbetering ten opzichte van het begin van dit jaar’, concludeert Unizo op basis van de cijfers. Ook de bouwsector krabbelt wat recht, maar blijft een negatieve middenmoter met -7,5.
KMO meest positief
Gekeken naar grootteklasse, zijn bij de bevraging bij de grote bedrijven twee snelheden zichtbaar. De grootste bedrijven (>250 werknemers.) herpakken zich na het sterk negatieve sentiment uit Q1 en kijken vol vertrouwen naar de zomer. Een ander beeld echter bij hun collega’s met 100 tot 249 werknemers: in het voorbije kwartaal verbeterden de cijfers, maar vooruitblikkend naar het derde kwartaal gaan zowat alle indicatoren terug de diepvries in.
De kmo’s met 20-49 en met 50-99 werknemers doen het op hun beurt dan weer beter, waarbij vooral de positieve prognose voor het komende kwartaal opvalt. De kmo-groep met 20-49 werknemers is het meest optimistisch van alle grootteklassen.
De kleine bedrijven blijven met minder dan twintig werknemers blijven dan weer in beide kwartalen met negatieve cijfers zitten. Voor de kleinste bedrijven met minder dan vijf werknemers is dat het meest uitgesproken: ondanks een sterke remonte van Q1 naar Q2, zet deze grootteklasse de laagste score neer. In het komende kwartaal is er geen verbetering te verwachten.
Anderen lazen ook
